Voor Mandela was zijn leven ten dienste gesteld aan anderen, en de tuis was een schuilplaats voor de beroering en stormen in de wereld. Op die manier kon hij zijn hoofdtaak vervullen.
Het was geen plek om zich terug te trekken, maar een plek voor hernieuwing. Er was niet wat meer ontspanning bood dan een plezierige taak die de geest bezighoudt maar hem niet overmatig belast.
Iedereen heeft iets nodig wat ons van de wereld scheidt, wat ons plezier en voldoening geeft, een afzonderlijk plekje. ‘Je moet je eigen tuin vinden.’
Dit is de vijftiende les uit het boek Nelson Mandela, 15 lessen over leven, liefde en leiderschap van Richard Stengel, ISBN 978 90 215 5575 1
Wil je eens verder praten over jouw rol als leider? Plan dan een strategiegesprek met mij in.