Je kunt je vrienden vertrouwen, dat wil zeggen dat je in het algemeen kunt stellen dat je weet dat je op hun steun kunt rekenen, en je kunt op je vijanden vertrouwen omdat je er altijd van uit kunt gaan dat zij altijd je tegenstander zullen zijn. Maar vriendelijke rivalen, dat zijn de mensen op wie je je oog moet houden. Hij wist dat je het beste je rivalen in de gaten kon houden door dat van heel dichtbij te doen, niet vanaf een afstand.
Loyaliteit
Hij verwachtte loyaliteit en wat teleurgesteld als die er niet was, maar hij wist dat die in het leven en in de politiek meestal afhankelijk was van de omstandigheden. Absolute loyaliteit bestond niet. Loyaliteit was voor het grootste deel gebaseerd op eigenbelang en hij wilde zijn rivalen laten denken dat het in hun eigen belang was dat zij trouw aan hem zouden zijn, of hun in ieder geval weinig ruimte bieden om ontrouw te zijn.
Mandela wist dat er geen waterdichte methode was om een aanval van rivalen voor te zijn. Maar hij geloofde dat als hij zich zou ontfermen over een rivaal, deze er tenminste twee keer over zou nadenken. En hij zou dichtbij genoeg zijn om het aan te zien komen.
Dit is de negende les uit het boek Nelson Mandela, 15 lessen over leven, liefde en leiderschap van Richard Stengel, ISBN 978 90 215 5575 1
Wil je eens verder praten over jouw rol als leider? Plan dan een strategiegesprek met mij in.